NEW YORK, 20 september – De Turkse president Recep Tayyip Erdogan hekelde gisteren het Westen vanwege de ontheiliging van de Koran en zei dat de aanvallen op de islam een “ondraaglijk” niveau hadden bereikt.
Erdogan heeft maandenlang druk uitgeoefend op Zweden – dat Koerdische activisten heeft verwelkomd die Turkije als terroristen beschouwt – vanwege de verbranding van het islamitische heilige boek dat de regering van Stockholm heeft veroordeeld maar volgens haar wordt beschermd als vrijheid van meningsuiting.
Ontwikkelde landen ‘lijden onder racisme, naast vreemdelingenhaat en islamofobie alsof het een plaag is’, zei Erdogan tegen de Algemene Vergadering van de VN.
‘Het heeft een ondraaglijk niveau bereikt’, zei hij.
‘Helaas blijven populistische politici in veel landen met vuur spelen door zulke gevaarlijke trends aan te moedigen’, zei hij. ‘De mentaliteit die de afschuwelijke aanvallen op de heilige Koran in Europa aanmoedigt, door ze toe te staan onder het mom van vrijheid van meningsuiting, is in essentie de eigen toekomst van Europa door eigen handen verduisteren.”
Protesten in Zweden waarbij koranverbrandingen betrokken waren, zijn georganiseerd door vluchteling Salwan Momika, wat tot verontwaardiging leidde in het Midden-Oosten, inclusief zijn geboorteland Irak.
Erdogan zei in juli dat hij de blokkade van het Zweedse streven om lid te worden van de NAVO zou opheffen, maar het Turkse parlement heeft het lidmaatschap van het land nog niet bekrachtigd. — AFP