GENÈVE, 19 september – Meer dan 1.200 kinderen zijn gestorven aan vermoedelijke mazelen en ondervoeding in vluchtelingenkampen in Soedan, terwijl nog vele duizenden meer, waaronder pasgeborenen, het risico lopen om vóór het einde van het jaar te overlijden, zeiden agentschappen van de Verenigde Naties (VN) vandaag.
Bijna zes maanden na het begin van een conflict tussen het Soedanese leger en de paramilitaire groep Rapid Support Forces, ligt de gezondheidszorgsector van het land op de knieën als gevolg van directe aanvallen van de strijdende partijen en een tekort aan personeel en medicijnen, zeiden ze.
Dr. Allen Maina, hoofd volksgezondheid bij de VN-vluchtelingenorganisatie (UNHCR), vertelde tijdens een VN-briefing in Genève dat sinds mei ruim 1.200 kinderen onder de vijf jaar zijn gestorven in de staat Witte Nijl. “Helaas vrezen we dat de aantallen zullen blijven stijgen”, voegde hij eraan toe.
Het kinderagentschap van de VN (Unicef) zei dat het bezorgd was dat “vele duizenden pasgeborenen” onder de 333.000 baby’s waarvan bekend was dat ze vóór het einde van het jaar verwacht zouden worden, zouden sterven.
“Zij en hun moeders hebben deskundige bevallingszorg nodig. Maar in een land waar miljoenen mensen vastzitten in oorlogsgebieden of ontheemd zijn, en waar er ernstige tekorten zijn aan medische voorzieningen, wordt dergelijke zorg met de dag minder waarschijnlijk”, zei Unicef-woordvoerder James Elder in dezelfde briefing.
Elke maand hebben ongeveer 55.000 kinderen behandeling nodig voor de ergste vorm van ondervoeding in Soedan, maar minder dan één op de vijftig voedingscentra functioneert in de hoofdstad Khartoem en één op de tien in West-Darfur, zei hij. – Reuters